Mensen hebben drie soorten (primaire) reflexen:
- Fight: confrontatie aangaan
- Flight: gevaar ontwijken
- Freeze: verstijven bij gevaar
Het doel is om deze reflexen te herkennen als ze gebeuren, zodat je er mee om kunt gaan. Zo kun je een primaire reflex ombuigen naar gedrag dat je naar buiten wilt tonen. Je zet een primaire reflex om naar secundair (bedachtzaam) gedrag.
Mensen die zegeltjes sparen stapelen ergenissen over iemand anders op, totdat het zegelboekje vol is en het tot een uitbarsting komt. Drie spaarders van zegeltjes zijn de ja-knikker, de superman en het masker. Meer daarover verderop.
Dit sparen van zegeltjes moet je voorkomen.
De ja-knikker zegt op veel dingen "ja". Dat kan in het begin goed voelen, maar op een gegeven moment is je zegelboekje volgeplakt en loop je over. Dan ontplof je ineens, neem je stil afscheid, wordt je cynisch, ga je roddelen en bovenal neemt je stressniveau steeds verder toe.
Als ja-knikker moet je leren om duidelijke grenzen te stellen. Dan weten anderen waar ze aan toe zijn, en jijzelf ook. Je kunt je grenzen respectvol aangeven met de volgende stappen:
- Je geeft je grens aan
- Je geeft er een reden voor
- Je toont begrip voor de ander
- Je biedt een alternatief
Mensen die geen grenzen aangeven lijken misschien lief, maar zijn dat (op lange termijn) niet. Ze zijn in beginsel niet lief voor zichzelf en als gevolg uiteindelijk niet lief voor anderen.
De superman helpt iedereen, vaak ongevraagd. Dit gaat goed, totdat de superman erachter komt dat iemand adviezen negeert of niet veranderd. Hierover klaagt de superman dan weer bij collega's en komt zo zelf in een slachtofferrol terecht.
De oplossing is om "op bestelling" te gaan helpen, in plaats van ongevraagd. Kom dus in actie als iemand om hulp vraagt, of vraag diegene van tevoren of er hulp nodig is. Zo kom je erachter wat iemand van je wil en verwacht. De ander kan vervolgens op vier manieren reageren:
- De ander vraagt iets wat jij kunt bieden
- De ander vraagt iets waarvan je niet zeker weet of je het kunt bieden
- De ander vraagt iets wat je niet kunt bieden
- De ander staat niet open voor hulp
Onthoud ook: soms help je iemand al door alleen maar naar diegene te luisteren.
Het masker doet zich anders voor dan dat 'ie werkelijk is. Hij verbergt zijn "echte zelf". Soms heeft het masker dat zelf niet eens door en kan 'ie niet meer terug als het al te laat is en de werkelijkheid als een moker in z'n gezicht slaat. Met een masker op weet de ander niet wat je nodig hebt, wat je voelt en wie je echt bent.
Het is daarom belangrijk om af en toe te luisteren naar en stil te staan bij wat je nodig hebt. Dat kan via meditatie (eigen gedachte, dit staat niet zo expliciet in het boek) of door momenten waarop je het masker opzet te herkennen en daarop te reflecteren. Het vergt vaak moed om je naar anderen toe open te stellen, maar het is de enige manier om jezelf - je totaalpakket - te accepteren zoals je bent.
Wetenschapper Brené Brown gebruikt de magische zin 'Het verhaal dat ik mezelf vertel is...'. Met het uitspreken en afmaken van deze zin vertel je anderen eerlijk wat er in je hoofd om gaat. Dat zorgt uiteindelijk voor een betere relatie met de mensen om je heen. Je kunt zowel jouw innerlijke criticus als jouw innerlijke relativeerder een naam geven, zodat de gedachten worden overgedragen op een ander persoon. Zo kun je beide stemmen los van jezelf zien.
Via het sorry-paadje kun je van de ongeluksroute terugkomen op de geluksroute. Sorry zeggen en sorry accepteren leidt tot veel betere relaties. In de "heat of the moment" kan een "Oeps!" zelfs de angel uit een woedend gesprek halen.
Via de volgende drie stappen kun je oprecht je excuses aanbieden:
- Stap in de helikopter. Bekijk de situatie van een afstandje om te ontdekken wat er nu eigenlijk aan de hand is.
- Leef je in. Bedenk hoe de ander zich in deze situatie voelt.
- Zeg sorry. Je biedt altijd je excuses aan voor de manier waarop je iets hebt gezegd, terwijl het waarom in stand kan blijven. Over dat waarom kun je het later nog eens met elkaar hebben.
Ook het accepteren van excuses gaat in drie stappen:
- Luister naar de ander.
- Leef je in in de ander.
- Lik je wonden/Let it go.
Omdenken: van "sorry seems to be the hardest word" naar "the best and the bravest word".
Complimenten zijn de smeerolie van de geluksroute. Complimenten krijgen en geven werkt altijd. De verhouding tussen kritiek en complimenten is één op vijf: tegenover elk puntje van kritiek moeten vijf complimenten staan om de balans in orde te houden (bij een liefdesrelatie is dit zelfs één op acht).
Complimenten zijn voorwaardelijk of onvoorwaardelijk. Voorwaardelijke complimenten geef je op basis van iemands gedrag of prestaties. Onvoorwaardelijke complimenten geef je op basis van iemands "zijn".
Ten slotte zijn er de gebaande paden en de "hidden treasures". Een gebaandepadencompliment heeft iemand al vaak gehad en is bijna vanzelfsprekend geworden. De "hidden treasure" complimenten zijn juist nieuw en origineel. Probeer vooral naar deze "hidden treasures" te zoeken, die hebben de meeste impact.
In de pitstop kies je ervoor om (in sommige gevallen) te stoppen met vechten. Je stopt met jezelf en anderen vertellen dat de situatie anders zou moeten zijn. In plaats daarvan accepteer je de situatie zoals die is. C'est la vie. Soit. De energie die je overhoudt steek je in je geluksroute.
Dit kun je ook zien als het principe: Pick your battles.
Op het uitkijkpunt stel je jezelf de vraag: hoe-kan-dit? Bij een conflict is er altijd meer dan wat zich aan de oppervlakte afspeelt. Wat jij doet heeft altijd een effect op de ander, en andersom. Via de hoe-kan-dit-cirkel kun je uitzoeken wat er daadwerkelijk aan de hand is. Deze cirkel bevat vragen over jezelf en over de ander. Voor beide kanten kijk je naar de volgende punten:
- Wat doe ik (de ander), wat denk ik (de ander), wat voel ik (de ander)?
- Effect op de ander (op jezelf)
- Effect op jou (op de ander)
Het empathie-oordeelschuifje geeft de verhouding tussen "oordeel" en "empathie" aan. Dit schuifje wil je zoveel mogelijk naar één kant schuiven, zodat de hoeveelheid empatie het grootst is. Via een aantal verschillende oefeningen kun je je vermogen tot empathie vergroten:
- Ik en de ander: bedenk eerst een oordeel over een ander, probeer daarna empathie voor de ander te zoeken.
- Gevoel vangen: luister naar de ander en probeer hetzelfde gevoel terug te halen op basis van een situatie die je in het verleden zelf hebt meegemaakt.
- Wat zit er onder het gedrag: er is altijd een oorzaak voor iemands gedrag, probeer deze te vinden.
- Schrijf je allergie op: noteer wat je niet bevalt aan iemand, en probeer dat vervolgens om te draaien naar iets positiefs.
- Accepteer dat iedereen andere normen heeft: iedereen heeft zijn eigen wetboek, laat dus iedereen zijn gang gaan en wees vooral lief voor elkaar.
In een lastige situatie heb je drie mogelijkheden: veranderen, accepteren of weggaan. De eerste vraag die je jezelf stelt is dus: kan ik de situatie veranderen. Lukt dat niet, vraag je dan af of je de situatie kunt accepteren en frustraties ook echt kunt loslaten. In het uiterste geval kun je weggaan.
Als je een situatie wilt veranderen kun je (1) zelf ander gedrag inzetten of (2) je gaat het eerlijke gesprek voeren. Zo'n eerlijk gesprek kun je het beste doen als alle partijen zijn afgekoeld. Vermijd dus de heat of the moment, want dat leidt waarschijnlijk tot niets of verslechterd de situatie alleen maar.
Een eerlijk gesprek kent zes stappen:
- Je intentie
- Concreet gedrag van de ander
- Het effect op jou (gedachten, gevoel gedrag)
- Je behoefte
- Herkent de ander dit?
- Je verzoek
Je kunt ook zelf (radicaal) ander gedrag vertonen en onverwacht uit de hoek komen. Die creativiteit kan het begin zijn om een situatie te veranderen. Via de volgende twee stappen kun je tot creatieve acties komen:
- Stel jezelf een aantal oplossingsgerichte vragen, zoals: "wat is het gekste wat ik zou kunnen doen" of "wat zie ik anderen doen in een vergelijkbare situatie"?
- Schakel hulptroepen in.
Als je de situatie wilt accepteren is het belangrijk dat je de situatie echt loslaat en niet doet alsof (semi-loslaten of nep-loslaten). Je kunt vier stappen volgen om een situatie te accepteren:
- De situatie is onveranderbaar.
- Actief kiezen om los te laten.
- Train je uitzoomvaardigheden.
- Laat je niet leiden door een saboterende stem.
Een aantal extra uitdagingen kunnen er voor zorgen dat het voor het reflexbrein lastig is om reflexen te bedwingen en op de geluksroute te blijven:
- Het relatielevel
Relaties hebben verschillende niveau's (het boek geeft er vier) qua complexiteit en intensiteit van gedoe. Hoe hoger het niveau, hoe lastiger het is om reflexen te bedwingen of om tot een oplossing in een conflict te komen. - Verminderde veerkracht
Hoe meer veerkracht je hebt, hoe makkelijker je opstaat na een tegenslag (en hoe meer kans je hebt om snel terug te komen op de geluksroute). Voor veerkracht geldt: 50% is aangeboren, 10% is te wijten aan omstandigheden en op 40% heb je zelf invloed. - Meer complexe, persoonlijke geschiedenis
Hoe complexer je persoonlijke geschiedenis hebt, hoe moeilijker het is om jezelf te veranderen. - Een fixed minset
Mensen met een fixed minset geloven dat wat ze kunnen vaststaat. Dit in tegenstelling tot mensen met een growth mindset, die geloven dat ze alles kunnen leren.
In vijf stappen kun je de weg naar je eigen geluksroute vormgeven:
- Jouw bestemming bepalen
- Herken jouw gevaren op de weg
- Jouw pitstop: stoppen met vechten
- Jouw uitkijkpunt: hoe-kan-dit?
- Jouw geluksstappen
Via een werkblad kun je jouw persoonlijke geluksroute uittekenen.
Author: Anne de Jong